Locatie: Hoogstraat 52, Haastrecht
Het laatste sociale hofje van de Krimpenerwaard staat in Haastrecht. Het is een schenking van de rijke Haagse koopman H.B. Zijll van den Ham. Hij gaf opdracht zes woningen voor arme inwoners boven de 50 jaar te laten bouwen, op de plek waar hij ook zelf gewoond heeft. De diaconie van de hervormde kerk heeft het jarenlang beheerd. Nu is het complex eigendom van de woningbouwvereniging. Als een pandje vrij komt staat het altijd kort leeg; men woont hier graag.
Schuin links achter het Hofje lagen voorheen twee grote woonhuizen. Nu nog één. Beide huizen waren van de hiervoor genoemde Zijll van den Ham, een goede kennis van de familie Bisdom van Vliet. Hij woonde hier ook. Toen hij ging verhuizen heeft hij de stal met koetsen en paarden die op deze plek stond af laten breken en in 1866 dit hofje laten bouwen.
In juni 1865 is het werk voor 5.190 gulden aanbesteed. De architect is niet bekend, wel de aannemer: metselaar A. Folk. In de vier vrijstaande huisjes zijn zes woningen ondergebracht.
Op de bovenzolder van het voorste huis van Van Zijll van den Ham was jarenlang (1930-1960) de enige bibliotheek van Haastrecht gevestigd. Die werd vele jaren beheerd door mevrouw Heusdens.
Verzoek: respecteer de rust en privacy van de bewoners.
Het Hofje ligt aan de Hoogstraat. Deze naam geeft direct aan dat het een dijk betreft. Ze is bedoeld om het achterland tegen de grillen van de Hollandsche IJssel, tot 1862 een eb- en vloedrivier, te beschermen. Waterstanden konden ten gevolge van eb en vloed makkelijk 1,5 tot 2 meter variëren. De huizen links en rechts zijn duidelijk dijkhuizen met vaak een onder- en een bovenhuis.
Vanaf de 17e eeuw startten koeriersdiensten over land en vele daarvan liepen via Haastrecht. Tot die tijd vond vrijwel alle transport in Holland plaats via het water. In eerste instantie ging de koerier lopend of per paard. Later met koetsen en weer later met een postkoets die ook passagiers vervoerde.
De Hoogstraat was in de 18e en 19e eeuw een belangrijke verbindingsweg tussen west en centraal Nederland. Het was de A12 van die tijd. Er waren veel logiesgelegenheden, uitspanningen voor paarden, maar ook uitwisseling van ideeën, kennis en informatie met de buitenwereld. Dat was heel anders dan in de aangrenzende dorpen.
In 1936 is de provinciale weg aangelegd en verloor de Hoogstraat de functie van doorgaand verkeer.